Oplichting is het bewegen van iemand tot afgifte van geld of goederen door middel van bedrog. Fraude is een verzamelnaam voor allerlei vormen van bedrog met financieel gewin.
Oplichting (art. 326 Sr)
Oplichting is het met een bedrieglijk middel bewegen van iemand tot afgifte van een goed, het verlenen van een dienst of het aangaan van een schuld.
Oplichtingsmiddelen
- Aannemen van een valse naam of hoedanigheid
- Listige kunstgrepen
- Samenweefsel van verdichtsels
Strafmaat
Maximum: 4 jaar gevangenisstraf of geldboete 5e categorie
Vormen van fraude
| Type | Artikel | Maximum |
|---|---|---|
| Oplichting | 326 Sr | 4 jaar |
| Flessentrekkerij | 326a Sr | 3 maanden |
| Verzekeringsfraude | 326 Sr | 4 jaar |
| Belastingfraude | AWR | 6 jaar |
| Uitkeringsfraude | Bijzondere wetten | Variabel |
| Valsheid in geschrift | 225 Sr | 6 jaar |
Internetfraude
Online oplichting komt veel voor en wordt stevig aangepakt.
Voorbeelden
- Marktplaatsfraude (niet leveren na betaling)
- Phishing (valse e-mails om gegevens te ontfutselen)
- Identiteitsfraude
- Cryptocurrency-scams
- Romance scams
Witwassen (art. 420bis Sr)
Het verbergen van de criminele herkomst van geld of goederen.
Strafmaat
- Opzettelijk witwassen: max. 6 jaar
- Gewoontewitwassen: max. 8 jaar
- Schuldwitwassen: max. 2 jaar